donderdag 5 november 2015

In dankbaarheid

Dinsdag 3 november

Wat doe je op je laatste dag in India? We gaan naar een tempel! Een heel bijzondere. De tempel nabij Vengalamma  Cheruvu. Zeven jaar geleden heeft Madeleine er een hindoepriester ontmoet met heel veel spirituele kracht. Ze zag hem ooit mensen behandelen die bezeten waren. Aan hem had ze gevraagd om de naam van onze ouders te smeden in de poort van de tempel. Nu was zij benieuwd om te zien of die tempel en die poort er nog waren. Het is niet zo ver van Puttaparthi. We gaan er met de riksja naartoe en die moet gas geven in de bergop. Het is een tempel die je niet kan zien vanaf de weg. De laatste 100 meter over een zand- en rotsweg doen we te voet. De tempel staat er nog, hij heeft zelfs echte muren gekregen. De poort is dicht … en de namen van onze ouders staan er nog op: Gertruda en Michel. Zij hebben hier een monumentje! Daar heeft hun dochter voor gezorgd.
 
De tempel is toegewijd aan de slangengod - de slang die er vroeger zat is nu weg. Vooral vrouwen komen hier offeren en bidden: zij laten hier sari’s achter en armbanden, vooral als ze ouder worden en willen sterven. Zij vragen dan om voor hun man te mogen sterven: weduwen hebben het immers moeilijker dan weduwnaren in India. Weduwen mogen bv. geen nieuwe relatie aangaan, moeten een witte sari dragen, en geen ring meer aan hun voeten, en ook hun erfrechten zijn beperkter. Er hangen hier heel veel sari’s en armbanden: de positie van de vrouw in India is dus verre van ideaal.

In de avond nemen we afscheid van Puttuparthi. Madeleine en Sabitha gaan naar de gebedsruimte van Sathya Sai Baba, om bij zijn graf te groeten en te danken. Ik heb een fiets gehuurd en ga nog even op fotoshoot: om foto’s te nemen van een aantal Baba-teksten die langs de weg staan en van een aantal instellingen die onder zijn impuls zijn ontstaan, o.a. een school, een sportcentrum, een internaat, een muziekacademie. Ik moet hier links rijden, maar dat valt mee.

Straks nemen wij de taxi naar de luchthaven van Bangalore. Sabitha gaat dan met de nachtbus naar Nellore. Voor haar is de maand te snel voorbij. Madeleine en ik vliegen richting België, met een tussenlanding in Frankfurt. We zorgen ervoor dat we tegen middernacht in de luchthaven zijn. Om kwart voor vier beginnen de vluchten van eerst bijna tien uur en dan nog één uur. Maar door de tijdsverschillen is het pas middag als we in Brussel aankomen.

Met heel veel dankbaarheid mag ik terugblikken op deze Indiareis.
Ik ben Sabitha dankbaar … Zij heeft als een goede moeder voor ons gezorgd, bv. dat wij altijd voor ons eetbaar voedsel (niet op zijn Indisch gekruid) hadden. Zij was de gids die verschillende Indische talen spreekt en begrijpt en het dan voor ons in het Engels omzette. Zij heeft mij gestimuleerd om zowel de plaatsen van mijn eigen geloof als die van het hare te bezoeken. Zij is een overtuigde hindoe, een model van geloof. En daarenboven heel een-makend. ‘Als je je eigen geloof goed beleeft, dan ben je een getuige voor anderen’, dat is haar visie.
Ik ben Madeleine dankbaar … Ik heb nog meer haar kwaliteiten gezien: ik mag blij zijn om zulk een zus te hebben. Zij is verstandig (dat zei trouwens ook de vogelman) en haar ideeën en belevingen zijn een stimulans voor mij. Zij kan tegelijk mensen heel nabij zijn en het toch luchtig houden, zij is al even emotioneel als ik maar de vreugde en de lach komen altijd terug. En ook zij is gelovig, anders dan ik en anders dan Sabitha, maar haar geloof zit in heel haar zijn en Swami heeft haar leven een diepe spirit en energie geschonken. Ik mag er voor haar 100% zijn, met mijn geloof, met mijn manier van doen en met mijn levenskeuze.

India was voor mij heel anders dan ik had gedacht. India … het geeft je inderdaad een cultuurshock …: het werd hoogtijd dat ik dat prachtige land en hun eigen cultuur een beetje leerde kennen. Het is nu voor mij geen ‘arm’ land meer, maar een land dat mij heeft verrijkt en waarvan ik zal blijven houden.
 
 
De zandweg naar de tempel

 
Sari's (rechts) en armbanden (boven en tegen voorzijde) hangen in de tempel.

 
Rik en Madeleine bij de poort met de namen van hun ouders.

 
De kleine tempel van Vengalamma Cheruvu.

 
Ingangspoort van Puttaparthi,
met bovenaan het schild van de ashram.

 
De wijsheden van Sathya Sai Baba
hangen er ook in het Nederlands.

 
Sporthal gebouwd onder impuls van Sai Baba.
 

maandag 2 november 2015

Met nieuwe verwondering en bewondering

Maandag 2  november

Het einde van onze Indiareis nadert. Nog één keer een volledige nacht in  India. Deze middag bracht de huisbewaker de ‘vogelman’ naar het appartement: we hadden hem zaterdag niet op de markt gezien, nu was hij op ronde door Puttaparthi. De man heeft een parkiet bij en die parkiet krijgt de opdracht om een pakketje kaarten te kiezen uit een reeks. Ik ben de eerste voor wie de parkiet kaarten moet oppikken. De man bekijkt de kaarten, en zegt dan een aantal dingen over mij. Hij slaagt erin om mijzelf te beschrijven op een wijze waarin ik mij direct herken: ik ben iemand die luistert en dan nadenkt (ik was nog maar net binnen – toen hij er al was - en hij kon dat al zien), ik houd sommige dingen liever voor mij, ik zeg de dingen waarin ik geloof éénmaal en daar houd ik het bij, er is iemand in mijn leven die erg jaloers op mij is maar die kan mij geen schade doen, enz. Daarna haalde hij er nog drie kaarten uit, en het waren drie ‘religieuze kaarten’: “De olifantgod die je intelligentie voedt, Vishnu die je doet scheppen, Jezus die ten hemel stijgt en die in jouw hart is.” Hij gaf mij ook dingen aan om verder over na te denken en adviseerde mij om geen zwart te dragen. Daarna koos de parkiet kaarten voor Madeleine, voor Sabitha, voor de vrouw van de huisbewaarder. Ook voor mijn broer Guido liet Madeleine kaarten oppikken. Het eerste wat de man over Guido zei was hij dat hij in de politieke sfeer zat (en dat klopt dus). Ook andere dingen over hem klopten. Spijtig genoeg hadden we geen foto van Guido bij, anders had hij meer kunnen zeggen. Maar hij zei wel nog dat Guido nu bekommerd was om ons! (En daar waren we allebei blij om … het was een bevestiging van ons aanvoelen.)

De uitspraken van die vogelman over elke persoon zijn geen goedkope horoscoop. Daar zit een hele psychologie, mensenkennis, intuïtie achter. Waar had hij die kennis vandaan? Hij had het geleerd van zijn vader en grootvader. Het was al meerdere generaties het beroep van zijn familie. Zijn zoon zou het niet verderzetten, maar hij zou het doorgeven aan iemand anders in de familie. En de parkiet? Die was ook al van in de tijd van zijn grootvader. Zo’n vogel kan 100 jaar worden. Aan deze zag je de hoge leeftijd: hij had niet echt een staart meer. De vogelman zelf was bovendien ongeletterd: kon lezen noch schrijven, ook al gebruikte hij een boek met tabellen. Het is om stil van te worden: met in onze ogen primitieve middelen wordt aan mensen geleerd om goed naar zichzelf te kijken. Ook dat is Indische cultuur.

We zijn vandaag bovendien uitgenodigd om te gaan lunchen bij de zoon van Bhagama, één van de vrouwen die ons gisteren vergezelde en die deze nacht bij één van haar zonen heeft verbleven. Daar heeft zij eten gemaakt voor ons. Zoon Venki haalt mij af met zijn motor. Madeleine gaat met Bhagama in de riksja. Zij kent deze mensen al langer en ziet ook de andere zoon, Seicho, weer – op zijn bruiloft zeven jaar geleden was Madeleine te gast. Hij is intussen vader van twee kinderen en stelt het goed met zijn vrouw. Hun huwelijk is trouwens niet ‘gearrangeerd’ door de ouders. Op heel jonge leeftijd zijn ze op elkaar verliefd geworden, wat toen tot grote conflicten met zijn en haar ouders leidde, maar ze hebben volgehouden in hun relatie en zijn met elkaar mogen trouwen. Zij zijn op vele vlakken een uitzondering in India.

Tegen de avond komen we in de buurt van de begraafplaats van de ouders van Sathya Sai Baba. Ze hebben een mooi grafmonument in Puttaparthi. Maar bij hun begrafenis is zoon Sathya afwezig gebleven. Het zat blijkbaar niet goed tussen hem en zijn ouders … Dat komt dus in de beste families voor! En, zoals ik zaterdag las in het museum: je kan je ouders niet zelf kiezen, maar dat is geen reden om hun ouderschap niet te waarderen. Zeker niet als ze gestorven zijn. Op deze Allerzielendag brengt het mij tot waardering van mijn ouders. Zij zijn met ons meegereisd … en hebben ook gezien, wat ik hier zie en wat Madeleine ooit tot hier heeft gebracht.

 
De vogelman en de parkiet

 
De parkiet kiest kaarten voor Madeleine.

 
Op de moto met Venki naar zijn  huis

 
Madeleine, Seicho, Venki, Bhagama

 
Met Rik (nog in zwart shirt)

 
De graven van de ouders van Sathya Sai Baba

 
Het grafmonument

 

zondag 1 november 2015

Bij de god van de limoenen en bij de apen

Zondag 1 november

In Kateswara Konda bevindt zich een kleine, oude tempel, er zijn apen en er zijn trappen: voldoende redenen om daar op bezoek te gaan. Amachi, de vrouw van de huisbewaarder, gaat mee en ook Bhagama, een oude bekende van Madeleine, die vroeger in Puttaparthi woonde en die we onderweg oppikken in haar dorp. Wij zijn met vijf passagiers en daarom rijden we in een grotere taxi, een ‘cap’, een stevige Tata met (minstens) zeven zitplaatsen. Het is een rit van zo’n 90 km, in erg landelijk gebied. De ossenkarren en de geiten komen ons herhaaldelijk tegen. Als we aankomen tegen elf uur is er een huwelijk geweest en zijn de ‘gewone diensten’ bezig. Hier zijn geen hindoepriesters (uit de kaste van de Brahmanen), maar er is al gedurende meerdere generaties een familie die het op zich neemt om de taken van de priesters te vervullen: zij nemen de offergaven aan, plaatsen ze bij de godheid, doen de ceremonie met vuur, delen gezegend water uit.

Heel bijzonder is hier de wijze waarop je hier een wens kan doen voor Shiva: je geeft een limoen af, de ‘priester’ legt die op het hoofd van de godheid, de persoon met de wens gaat op de grond zitten voor het heiligdom en wacht … tot de limoen valt. Dan zal de wens in vervulling gaan. Toen Sabitha er zat duurde het heel lang voor de limoen viel, toen paste ze haar wens aan … en de limoen rolde van het hoofd. Heel fijn was ook de aanwezigheid van een trommelaar en zanger. Hij was ‘de organist’ van dienst! Hij trommelde en zong aangepaste liederen, in het Telehoe, tot de godheid, opdat er zegen zou komen over de wensen van de persoon die daar nu zat.

Daarna gingen Madeleine, Bhagama en ik de trappen op, tot bij een grot in de heuvels. Daar hebben wellicht ooit ‘sanyasins’ verbleven (zij nemen afstand van de wereld en gaan leven in soberheid en meditatie). Er is een tunnel in de heuvel over zo’n 15 km, maar die mag je alleen in groep doorlopen en doorkruipen. Wij kunnen wel tot bij de godheid komen voor wie aan het begin van de tunnel een eredienst gebeurt, ook door een vervang-priester. Op de terugweg naar onder houden Madeleine en Bhagama halt om de apen te voederen. Zij hebben voor hen bananen meegebracht.

In de vooravond gaan we terrassen op het dak van het hotel waar ik verblijf. We worden er opnieuw omringd door apen. We mogen ze daar niet voederen, want de terrasbediende ziet die beestjes daar liever niet. Hij heeft een stok voor ze klaarstaan. Maar de apen zijn slim: als de man weg is, komen ze weer kijken.

 
Bij de tempel, met trommelaar.

 
Een vrouw zit voor het heiligdom, met haar wens,
hopend dat de limoen valt.

 
Plaatselijke trommelaar en zanger,
ondersteunt de eredienst.

 
Godheid,met een limoen op het hoofd,
bedienaar wacht.

 
De bedienaar in de grot slaat een kokosnoot stuk.

 
In deze grot hebben wellicht hindoe-kluizenaars gewoond.

 
Bananen voederen aan de apen.

 
Deze aap grijpt de bananen met zijn twee handen vast.

 
Zijn hoofd kaal laten scheren bij het heiligdom:
een bereidheid om zichzelf te ontdoen van egoïsme.

 
Bhagama, Madeleine, Sabitha, Amachi,
achter hen de tempel.
 
 
Moederaap met jong op het terras.

 
Met thee en vers fruitsap op het dakterras.

zaterdag 31 oktober 2015

De markt van de wereldgodsdiensten

Zaterdag 31 oktober

Deze morgen het paswoord voor internet ontvangen, maar toen lag het internet hier stil. Om maar te zeggen dat de techniek ook hier niet altijd werkt. Intussen ben ik naar het Sri Sathya Sai Baba Museum geweest. Drie verdiepingen: op het gelijkvloers weergaven van alle grote godsdiensten. Ik keek natuurlijk vooral naar hoe het christendom is voorgesteld. Er stond alvast een mooie samenvatting van het leven van Jezus. De boodschap van het christendom werd samengebracht in ‘de acht zaligsprekingen’ (het evangelie van dit weekend!) en in ‘Bemin God en de naaste als jezelf’. Voorts een aantal prenten over het leven van Jezus en een verzameling van Bijbels, in verschillende talen (ook de Nederlandse versie): ze liggen er dichtgebonden! Je kan ze dus niet openen … of meenemen … om veiligheidsredenen natuurlijk. Maar tegelijk is de Bijbel daardoor een ‘gesloten boek’. Op een tafeltje staan enkele liturgische voorwerpen: kelken, een kleine monstrans, kruisbeelden, … Over de levende kerk zag ik er dus niets: noch in haar liturgische samenkomsten en haar band met het leven, noch in haar maatschappelijke dienstbaarheid, noch in haar gemeenschap zijn. Op een ander verdiep in de tentoonstelling stond nog iets over Sint-Jan van het Kruis en Teresia van Avila, en kon je de boodschappen van Onze-Lieve-Vrouw van Fatima lezen. Als je dat ziet over je eigen godsdienst, weet je dat je ook de voorstellingen van de andere godsdiensten met de nodige omzichtigheid moet bekijken.

De tweede verdieping ging over Sathya Sai Baba. Ik had een historischer overzicht verwacht. Er werd vooral een band gelegd met ‘voorgangers’ van Sai Baba, belangrijke hindoe-denkers, en met een aantal hindoe-goden. In de rangschikking van de goden staat Sai Baba onder Shiva en zijn verschijningsvormen (Brahman en Vishnu staan bovenaan), in zoverre ik het goed verstaan heb. Dan eindigt de rangschikking. Waar plaatsen zij Jezus of de grote profeten? De ouders van Sai Baba staan op dat verdiep eveneens in beeld, met de tekst erbij: ‘Een moeder is als je dharma: een moeder kan je niet kiezen, je vrouw wel’. Hoe waar ook, voor vele Indiërs is dit niet het geval, hun huwelijken worden door de ouders geregeld.
Op de terugweg houd ik even halt bij de meditatieboom. Ik zie er tot mijn vreugde enkele Indiërs kaarsrecht zitten, in yogahouding, de ogen dicht. Daar mag ik foto’s maken en mij aansluiten.

Het is zaterdagmarkt in Puttaparthi. We gaan ernaartoe, om fruit te kopen en in de hoop dat er een ‘vogelman’ is die kaarten over de toekomst aanbiedt. Er is er geen op de markt. Wellicht zijn zij in de buurten waar huwelijken plaatsvinden. Dit is immers de tijd om te trouwen in India. In de straat hoorden we deze morgen al de huwelijksmuziek en van een van de huwelijken mocht ik foto’s maken.

 
Het Sathya Sai Baba Museum, bij de ingang.

 
Biddende Indiërs onder de banyan-meditatieboom.

 
Bruidegom en bruid, met bloemen behangen,
en zij met vele armbanden.

 
Bedelvrouwen op post bij het huwelijk:
zij mogen straks delen in de feestvreugde.

 
Madeleine en Sabitha kopen fruit op de markt.

 
En ook andere vrouwen zijn aan het kopen.

 

Aan het strand van de Indische Oceaan

Vrijdag 30 oktober

Onze laatste dag in het residentiële park van Chowara, een kustdorp. Dankzij Vincent zijn we hier beland in een ‘ressort’ dat alles heeft voor een vakantiekuur, zowel spiritueel, als fysisch. Er is hier een yogaruimte, maar ook fitness-voorziening, een meditatieruimte, maar ook tand- en lichaamsverzorging, en massages, in de ayervedische stijl. Straks nemen wij het vliegtuig, daarom blijven wij vandaag in en rond het hotel.

Op de middag mogen wij gaan luisteren naar een Duits koor. Zij zijn hier door de contacten van father Vincent met een aantal parochies in Duitsland. Zij geven een aperitiefconcertje voor het personeel van het hotel. Thomas is de dirigent en hij heeft met Madeleine een hele babbel gehouden, vandaar dat wij zijn uitgenodigd. Het valt ons op hoe het personeel ‘gescheiden’ plaatsen inneemt: de vrouwen en de mannen apart.

Madeleine en Sabitha gaan na de lunch het strand op, met hun voeten tot in de zee. Ik ga zwemmen in een van de zwembaden van het hotel en leg mij op een strandstoel bij een palmboom. De badmeester is blij dat hij mij van alles kan voorzien, want op twee dames na is er niemand. Ik lees er een leuk artikel, in de Engelse ‘The Hindu Times’, over twee koeien die met elkaar in gesprek zijn over het doel van hun bestaan. Zegt de ene tegen de andere: ‘Wij zijn er niet voor de melk, maar om de straten zuiver te houden … van plastiek bv.’ De andere koe heeft daar toch vragen bij en krijgt een hele uitleg. De eerste antwoordt dan plots: ‘Kijk uit, je trapt bijna in iets wat iemand van ons heeft achtergelaten’.

Intussen zijn we geland in Bangalore en met de taxi tot Puttaparthi gereisd, en is het middernacht voorbij. Het paswoord voor internet is niet gekend door de nachtpost.. Het verslag op de blog plaatsen zal dus voor morgenvroeg zijn.

 
Met velen samen wordt het visnet opgehaald.

 
Er is werk voor velen en ieder kent zijn plaats.

 
Aperitiefconcert door een Duits 'federatiekoor'
(of van de 'pastorale eenheid'?).

 
Thomas en enkele koorleden,
zingen o.a. een lied om zegening.

 
De prinsessen van het ressort.

 
Reigers aan het strand.

 
De strandkerk.

 
Binnenzijde van de strandkerk,
met zitplaatsen op de vloer en voor blote voeten.
 

 

donderdag 29 oktober 2015

In het uiterste puntje van Zuid-Indië

Donderdag 29 oktober

Met een taxichauffeur, en tevens catechist van Vincent, gaan we naar Kanyakumari, vroeger gekend als ‘Kaap Comorin’. Het is een lange rit van zo’n 90 km en we zijn er rond de middag. Een bekende plaats is ‘Vivekananda Rock Memorial’, opgericht ter ere van Swami Vivekananda, een groot Indische filosoof. Hij was namens India aanwezig op het Religieus Wereldcongres in Chicago in 1893. Alvorens naar daar te vertrekken, mediteerde hij drie dagen op de rots, een tweehonderdtal meters in de zee. Hij was de eerste die op wereldniveau de vedanta, de filosofie van de veda’s uit het hindoeïsme, verspreidde. Dienstbaarheid aan de mens, in het bijzonder aan de arme van de laagste kaste, ging voor hem samen met dienstbaarheid aan God.
We varen naar de rots met een boot. Van de buitenzijden mag je foto’s maken. Het monument bestaat uit twee ‘mandapams’: een heiligdom ter ere van Vivekananda, met daarin zijn beeld en een meditatieruimte; een heiligdom ter ere van de godin Parvati, wiens voetafdruk in de rots staat, als zij de hand vraagt van Shiva.
Op deze plek komen drie oceanen samen: de Golf van Bengalen, de Indische Oceaan en de Arabische Zee. Op de kruising van die wateren zijn de assen uitgestrooid van Mahatma Gandhi. Voor hem staat er een monument bij de Kumari Amman Temple, een gebouw uit de 8ste eeuw, maar in middagpauze op dat moment. Madeleine en Sabitha gaan even met hun voeten de zee in op deze bijzondere plek.
Een andere oude tempel is de Suchindram Tempel, 13 km verder. Het is een tempel met een beeld van de hindoe-drieëenheid Brahma, Vishnu en Shiva (Maheswara). De tempel is meer dan 1300 jaar oud. De buitenzijde is één groot beeldhouwwerk, op basis van een mengsel met zeezout. Meer dan 1000 pilaren ondersteunen de tempel en een lange gang was vroeger de danszaal, rondom verlicht door kaarsjes die op elke zuil in de handen van een vrouwenfiguur werden geplaatst. Heel bijzonder zijn de zingende pilaren: gemaakt uit graniet, maar allen een verschillende toon aangevend. Als je erop slaat, kan je een melodie spelen, en één pilaar geeft het geluid van de drum. Een zes meter hoog beeld van de aapgod Hanneman oogt indrukwekkend.
Wij zijn blij dat we de tempel mogen bezoeken, een tempelgids geeft uitleg en maakt voor ons muziek op de zuilen. Mannen mogen er niet volledig gekleed binnen, maar slechts in bloot bovenlijf. Zo wil het de traditie: dat mannen er aanwezig zijn in de klassieke hindoekledij. Ik mag dus ook even, zoals de echte hindoepriesters, met bloot bovenlijf in de tempel zijn!
In de buurt van de tempel is een water, met in het midden een andere ‘mandapam’, waar huwelijken worden gesloten en waar bij feesten de godenbeelden worden uitgestald. Nu heeft dat water een alround-functie: vrouwen doen er de was, jongeren zwemmen er en anderen nemen er een bad en wassen er zichzelf.

 
Veilig op weg naar de rots, met zwemvest voor iedereen
(Indiërs kunnen doorgaans niet zwemmen).

 
Vivekananda Rots Monument

 
Op de trappen

 
De twee 'mandapams': het lage voor de godin Parvati,
het hoge voor Swami Vivekananda.

 
Met de voeten op het snijpunt van drie oceanen.

 
Buitenzijde Suchindram tempel, 1300 jaar oud

 
'Mandapam' in het water bij Suchindram tempel

 
Ook jongeren wassen zich in het water.

woensdag 28 oktober 2015

Kerala van dichterbij

Woensdag 28 oktober
 
Father Vincent gaat met ons op tocht doorheen zijn streek. Een heel eind rijden we op de kustweg die de staat Kerala scheidt van Tamil-Nadu: rechts ligt Tamil-Nadu, links Kerala. We houden halt bij de Sint-Antoniuskerk, de eerste parochie waar Vincent priester was. Een kerk in Indische stijl, met maar enkele stoelen, want de gelovigen zitten op de grond, en fresco’s en glasramen ademen een Indische sfeer. Voor de kerk is er die dag een medische hulpdienst, met geneesmiddelen. Naast de kerk een bejaardenhuis, gerund door de zusters van Moeder Teresa. Wij rijden verder, tot bij een andere parochie waar Vincent priester was. We zien er een zuster die lesgeeft in de school, gebouwd op zijn initiatief. Juist één week geleden, op 20 oktober, stierf de vader van Vincent, op bijna 91-jarige leeftijd. Wij gaan langs bij zijn graf: hij ligt begraven naast zijn moeder. ‘De ziel van de rechtvaardige rust in de hand van God’, lezen we op het gedachtenisprentje. Bij het graf horen we kindergezang: in de school ‘Moeder Teresa’ is er ergens zangles. Wij gaan luisteren en we kunnen zelfs meezingen, ook al is het in de taal van Kerala, het Malayaham.

Dan gaan we even langs bij de familie van Vincent, in het ouderlijk huis waar zijn vader leefde, bij de zus van Vincent. Ook een broer en schoonbroer zijn er, en twee kleinkinderen van hen. We ervaren er de gastvrijheid van Indië: zij waren niet op de hoogte van onze komst, maar halen alle fruit tevoorschijn dat in hun tuin groeit. We drinken eerst een kokosnoot leeg en daarna schrapen we er de kokos uit. Dan zijn er voor ons appels gesneden en krijgen we bananen, met een keuze tussen gele en rode – die smaken een beetje zoeter. Er zijn dan nog koffie, koekjes en gegrilde bananenschijfjes (chips). Deze mensen spreken geen Engels, maar zij genieten ervan dat zij ons een groot plezier doen.

Hoofddoel van vandaag was de tocht naar het pelgrimskruis van Kurisumala. Pater John-Baptist Wouters, Karmeliet uit Bouwel, heeft ooit een houten kruis op een berg aangebracht, waar hij graag naartoe ging voor de stilte, en stilaan is dat een bedevaartplaats geworden. Nu is dat kruis vervangen door een steviger, groot kruis. Honderdduizenden beklimmen nu jaarlijks die berg, om er te gaan bidden, zowel christenen, als moslims, als hindoes. Father Vincent is de verantwoordelijke voor die bedevaartplaats en hij wil die verder uitbouwen met een kapel, met driefasige elektrische bedrading en met wateraanvoer tot boven. Madeleine geeft hem het advies om op de weg naar boven trappen aan te brengen, naar het model van Tirupati. Vincent gaat daar volgende week eens kijken!

Daarna is het ook voor Vincent een ontdekkingsreis naar plaatsen waar hij anders niet komt. Hij rijdt naar een stuwdam en bezoekt er met ons een aquarium, met vooral exotische vissen. Daarna brengt hij ons bij een opvangcentrum voor gewonde olifanten. Wij mogen er de olifanten lijf aan lijf bewonderen. Voor Sabitha is het een gelegenheid om te spreken over Ganesja, de olifantgod: hij kan zo goed luisteren als een olifant (een olifant heeft niet voor niets grote oren), hij heeft een olifantengeheugen (wat je een olifant eenmaal aanleert onthoudt hij voor altijd) en hij is heel slim (een olifant leer je heel gemakkelijk iets aan). Weer een godsvoorstelling die wat dichterbij is gekomen.

 
 
Glasraam, met moeder Teresa.


Sint-Antoniuskerk, voorzijde.

 
In gesprek met een zuster-leerkracht.

 
Eerste steen, met de naam van father Vincent Peter.

 
Graf van de ouders van father Vincent.


Zangles, meisjes vooraan, jongens achteraan,
maar het is gemengd!
 
 
Broer en neef van father Vincent.

 
Pater John-Baptist Wouters, stichter van de bedevaartplaats.

 
Op weg naar het kruis van Kurisumala.

 
Het kruis bovenop de berg, juist uit de mist.

 
Bij de stuwdam.

 
Wat een lieve olifant!